Geplaatst op

Gelijkwaardig ouderschap en taal

Waarom we het storend vinden steeds over ‘mannen’ en ‘vrouwen’ te moeten praten (en waarom we het toch doen)

Hoe langer we bezig zijn met het onderwerp gelijkwaardig ouderschap, hoe meer we merken dat we het over taal moeten gaan hebben (wil je eerst iets meer over gelijkwaardig ouderschap weten, kijk dan hier). De taal rondom dit onderwerp is er niet, of is er te weinig, of de woorden zijn te stoffig. En dat, terwijl we juist merken hoe hard we de juiste woorden nodig hebben. Want hoe willen we woorden geven aan het gevoel ‘hier klopt iets niet’, zonder de inhoud van dit gevoel uit te kunnen leggen? We zijn in gesprek gegaan met taalkundige Vivien Waszink, die onder andere het interessante en relevante boek ‘Dat mag je óók (al niet meer) zeggen’ geschreven heeft. 

Gelijkwaardig ouderschap? Saai en niet relevant 

Onze vrienden zijn er allemaal van overtuigd dat mannen en vrouwen evenveel waard zijn. Ze weten van de bestaande loonkloof tussen mannen en vrouwen en vinden het ook best belangrijk dat die opgelost wordt. Maar terwijl bekend is dat het krijgen van een kind het punt is waarop het leven van mannen en vrouwen het meest uit elkaar gaat lopen, lijkt de term de uitstraling van urgentie te missen. Het begint er vaak al mee dat de inhoud van de term niet helemaal duidelijk is. ‘Gelijkwaardig’ is niet hetzelfde als ‘gelijk’. Maar voordat we daar uit zijn, duren gesprekken vaak al te lang om het over het eigenlijke punt te hebben. Natuurlijk is het niet nodig dat iedereen alle taken precies evenredig verdeelt.

Dat mag iedereen lekker zelf weten. Wat wel fijn zou zijn, is als moeders en vaders beide gewaardeerd worden in zowel de warme zorg voor hun kinderen, als hun talenten die maatschappelijk ingezet worden (betaald werk). Het zou niet uit moeten maken of je moeder of vader bent. De term ‘gelijkwaardig ouderschap’ lijkt dus wat verwarrend. Niet helpend daarbij, is dat de term voornamelijk gebruikt wordt voor een gelijkwaardige verdeling van de zorg voor kinderen nadat ouders uit elkaar gaan. We missen dus een woord dat voor iedereen duidelijk weergeeft wat er bedoeld wordt. Bovendien lijkt de term vooral níet geassocieerd te worden met een hippe, moderne beweging waar je als ouder onderdeel van móet zijn. Er gaat ergens iets mis…

Hoe het leren van een nieuw woord, mijn leven veranderde (ja echt)

En dat terwijl woorden zo veel kunnen veranderen. Ik heb een voorbeeld hoe het leren van één nieuw woord mijn leven veranderde. Dit woord was ‘mental load’ oftewel ‘mentale last’ in het Nederlands. Dit gaat om het managen van het huishouden. Denk bijvoorbeeld aan zorgen dat de koelkast op tijd gevuld is en iedereen op tijd bij het juiste sportclubje is.

Vaak is deze mental load onzichtbaarder. Dat iets onzichtbaar is betekent echter niet dat het geen energie kost. Zo merkte ik in de taakverdeling met de vader van mijn kind, dat ik het gevoel had in verhouding erg veel tijd en energie te steken in ons kind. Ik kon er alleen niet de woorden aan geven om dit in de vorm van een helder verzoek te communiceren. Tot het moment dat ik door mijn werk voor Kleine Zaken op het woord mental load stuitte. Vanaf dat moment heeft hij zich aangemeld voor oudercommissies, weet wanneer er vergaderingen zijn op school en vraagt regelmatig of hij regelzaken van mij over kan nemen. Dit blijkt voor mij ontzettend veel tijd te schelen, omdat ik niet meer het overzicht over álles hoef te houden. Ook de mentale last is nu verdeeld. 

Verhalen en verandering 

Zoals Yuval Harari in onder andere zijn boek Sapiens zo mooi benadruk: als mens zijn we verhalen vertellers. Veel van wat wij als ‘zo is het nu eenmaal’ ervaren, zijn eigenlijk verhalen die wij ooit samen bedacht hebben. Het mooie van die realisatie, is dat verhalen ook altijd opnieuw verteld kunnen worden. Wij hebben zelf invloed op het volgende hoofdstuk.

Maar om een gemeenschappelijke waarheid die vooral in woorden uitgedrukt wordt verder vorm te geven, hebben we wel de juiste woorden nodig. We hebben woorden nodig die inhoudelijk het verhaal weergeven dat we belangrijk vinden om te vertellen. En woorden die tegelijkertijd voldoende mensen aanspreken, die het verhaal willen horen en verder vertellen. Woorden zijn niet het enige dat nodig is voor verandering. Woorden zijn wel essentieel voor die verandering. De woorden om het verhaal van gelijkwaardig ouderschap te vertellen, sluiten onvoldoende aan. Dit is de reden dat we op zoek willen naar betere woorden. Nieuwe woorden, oude woorden, woorden uit andere talen. Alles dat helpt om onze boodschap over te kunnen brengen.  

Vegan en kleding swaps

We hebben Vivien Waszink nu een keer ontmoet. Dit was zo nuttig en nodig, dat we haar en andere taalkundigen zeker nog vaker willen spreken. We hadden het onder andere over veganisme en hoe dit veel hipper is nu het ‘vegan’ en ‘plantaardig’ heet. Of was het eerst hip en veranderde toen de naam? Een voorbeeld dat Vivien toen gaf, is dat van de kleding swaps. Dit woord straalt uit: gezellig, (mode-) bewust, modern, unieke vondst, ‘moet je bij zijn’. Terwijl toen pre-loved kleding nog ‘tweedehandskleding’ heette, dit vaak eerder iets was om je voor te schamen. Nu gaat het veranderen van taal vaak samen met maatschappelijke veranderingen, en is het moeilijk te zeggen wat eerst kwam. Maar dát taal invloed heeft lijkt duidelijk. En ook dat de associaties die je erbij krijgt, belangrijker zijn dan wat het woord zelf betekent. 

Waarom we het storend vinden steeds over ‘mannen’ en ‘vrouwen’ te moeten praten (en waarom we het toch doen)

Tijdens de cursussen van Kleine Zaken en in media uitingen, hebben we het vaak over de tegenstellingen tussen mannen en vrouwen. Dat moet om het probleem te kunnen benoemen. Maar dit voelt niet goed. Eigenlijk vinden we dat het niet uitmaakt wat je geslacht of gender is. Dat je als je een kind krijgt, je ‘ouder’ wordt en niet ‘moeder’ of ‘vader’. Of zoals Vivien het verwoordde tijdens ons gesprek en in haar boek: “dat het erom gaat te beschrijven wat iemand dóet, niet wat iemand is”. Uiteindelijk willen we ernaartoe dat we eigenschappen van iemand kunnen omschrijven, zonder daarin altijd de genderrol mee te moeten nemen. Helaas zijn we daar  nog lang niet.

“Het gaat erom wat iemand doet, niet wat iemand is” – Vivien Waszink, Taalkundige

Denk aan de prijzen voor ‘beste mannelijke hoofdrol’ en ‘beste vrouwelijke hoofdrol’ van het Gouden Kalf, die (om de prestatie in plaats van het geslacht te benadrukken) samengevoegd werden tot prijs voor ‘beste hoofdrol’. In onze samenleving die helaas nog niet gendergelijk ís, zorgde dit ervoor dat vervolgens alle prijzen naar mannen gingen. Aandacht voor het verschil tussen mannen en vrouwen blijft dus voorlopig nodig. Maar wat een mooi vooruitzicht als we uiteindelijk allemaal ‘mensen’ of ‘ouders’ genoemd worden, zonder daarbij automatisch het vaak niet relevante kenmerk van het geslacht te moeten noemen. 

Gelijkwaardig ouderschap, taal en Kleine Zaken

De komende tijd gaan we bij Kleine Zaken op zoek naar de juiste woorden voor het verhaal ‘gelijkwaardig ouderschap’. Om te beginnen bij het woord gelijkwaardig ouderschap zelf. Is daar niet een term voor te bedenken die zowel de inhoud beter dekt als meer aanspreekt? 

Verder gaan we op zoek naar welke woorden we verder kunnen gebruiken. We willen stapje voor stapje een nieuw verhaal gaan vertellen. En wie weet, laten we dan ooit de termen ‘vader’ en ‘moeder’ helemaal los. Omdat het niet meer nodig is daar verschillende associaties bij te hebben. Ouder zegt eigenlijk meer dan genoeg. Toch?